“Na de begroting moet ook het beleid volgen”
Conjunctuurbarometer Voka - KvK Limburg
25 september 2025

Het voorzichtige herstel dat vorige maand in het vooruitzicht gesteld werd voor het derde kwartaal, blijkt nu plaats te moeten maken voor een stagnatie. Op basis van de momenteel beschikbare informatie zou deze stagnatie aanhouden tot februari 2026. Op korte termijn wijst niets op enige verdere opwaartse of neerwaartse kentering. Het Vlaamse begrotingsakkoord bevat goede zaken zoals de bijkomende middelen voor de Einsteintelescoop en de vrijstelling van schenkbelasting voor familiebedrijven. We betreuren echter de verhoging van de kilometerheffing voor vrachtwagens en het schrappen van de groenestroomcertificaten. De focus moet vanaf nu liggen op productiviteitsgroei. Nu niet voluit industrie ondersteunen, kost op termijn veel meer welvaart.
“Nu de Vlaamse begroting op het juiste spoor is gezet, verwachten we echte beleidskeuzes, hervormingen en een groeistrategie. Ook op federaal niveau waar 500.000 langdurig zieken onze samenleving 12 miljard euro per jaar kosten. Laat huisartsen werknemers daarom niet langer dan één maand thuis schrijven, maar schakel vanaf dat moment de arbeidsgeneesheer in", aldus Johann Leten, gedelegeerd bestuurder van Voka - KvK Limburg.

Starters: relevante stijging t.o.v. vorige jaar
In augustus kwamen er in Limburg 586 nieuwe starters bij. Dit markeert een opvallende heropleving ten opzichte van vorig jaar (+9,3%). Dit is nu al de tweede maand op rij met een stijging t.o.v. 2024. Het is evenwel te vroeg om te spreken van een structurele kentering: de totale balans voor 2025 blijft voorlopig nog onder die van vorig jaar.
Export: Scherpste augustuskrimp in 20 jaar
In augustus werden -15,9% exportcertificaten afgeleverd ten opzichte van juli. Het activiteitsniveau komt hiermee -23,4% onder het maandgemiddelde uit, de scherpste augustuskrimp sinds 2005. Voor de periode 2016-2023 werd in augustus nochtans systematisch expansie gerapporteerd. Na een vermoedelijk licht herstel in september wordt voor de komende zes maanden een stagnatie rond 1.450 attesten per maand verwacht. De year-to-year differential zakt van 2,4% naar -3,4%. De exportwaarde kende een forse maand-op-maand daling van -21%, beduidend sterker dan het historische augustusgemiddelde (+1,4%). In absolute termen gaat het over 60,07 miljoen euro, ofwel -21,3% onder het gebruikelijke augustusniveau. Historisch gezien zou september normaal een expansie van 8,2% moeten opleveren. Indien die herstelbeweging zich doorzet, wordt verwacht dat de exportwaarde tot februari 2026 rond 76 miljoen euro zal stagneren. De year-to-year differential blijft echter negatief en verruimt fors van -1,9% naar -11%.
Bouw: stevige terugval
In mei daalde het aantal bouwvergunningen met -11,5% tot 431 stuks. Dit is een stevige terugval vergeleken met de gemiddelde mei-krimp sinds 2010 (-4,7%). Alle segmenten gingen achteruit: niet-residentiële nieuwbouw -40%, niet-residentiële renovatie -13%, residentiële nieuwbouw -8,2% en residentiële renovatie -5%. Het totaal ligt -9,2% onder het maandgemiddelde, met de zwaarste afwijking bij niet-residentiële renovatie (-43,4%). Alleen residentiële renovatie zit licht boven de norm (+0,9%). Tot februari 2026 wordt in drie segmenten (residentiële en niet-residentiële nieuwbouw, niet-residentiële renovatie) een stagnatie verwacht, terwijl residentiële renovatie licht afneemt. Voor de totale markt betekent dit een stabiel patroon rond 420–430 vergunningen. De year-to-year differential voor de residentiële nieuwbouw blijft positief maar krimpt wel van 17.1% tot 6.8%, die voor de residentiële renovatie blijft met 3% dicht in de buurt van de 3.4% van vorige maand. De marge voor de niet-residentiële nieuwbouw verviervoudigt van 4.1% naar 18%. De differential voor de niet-residentiële renovatie klimt uit de rode zone en belandt op 1.7%. Vorige maand werd hier nog -3.7% gerapporteerd. De differential voor de totale markt blijft per saldo positief maar krimpt wel van 8.9% tot 5.2%.

Bedrijfsvoertuigen zorgen opnieuw voor beperkte(re) daling
In augustus werden 2.587 nieuwe voertuigen ingeschreven, -2,6% minder dan in juli. Dat is de kleinste augustuskrimp sinds 2010; enkel in 2019 lag de terugval hoger (-4,1%). De daling komt vooral door personenwagens (-2,1%) en vrachtwagens/opleggers (-34,8%), terwijl bedrijfsvoertuigen licht groeiden (+1,9%). Hierdoor komt het totaal net boven het langetermijngemiddelde uit (+0,8%), gedragen door bedrijfsvoertuigen (+11%), terwijl de andere segmenten onder hun norm blijven. De komende maanden zakken alle segmenten zoals gebruikelijk naar hun decemberbodem, die dit keer gemiddeld 10% hoger ligt dan in 2024. Vanaf januari wordt opnieuw een opwaartse trend verwacht, met een even sterke heropleving bij personenwagens als vorig jaar, maar vlakker bij de overige segmenten en de totale markt. Op jaarbasis blijft de year-to-year differentia voor bedrijfsvoertuigen positief (8,9%) maar fors lager dan vorige maand (16,5%). Personenwagens zakken van +2,8% naar -0,8%, en vrachtwagens/opleggers van 35,2% naar 26%. Voor de totale markt blijft de differential nipt positief (0,96%), maar dit is een duidelijke verzwakking tegenover juli (+5,4%) en juni (+8,5%).
Werkloosheid neemt licht toe, vacatures stabiliseren richting stagnatie
In augustus stonden 27.372 werkzoekenden geregistreerd (13.748 mannen, 13.624 vrouwen), een stijging met respectievelijk +1,5% en +2,7% of samen +2,1%. Ondanks deze toename ligt het totaal nog altijd -16% onder het maandgemiddelde. Vanaf september wordt een daling ingezet tot een novemberbodem (ca. 13.200 mannen en 12.200 vrouwen). Nadien stabiliseren de mannen rond 13.300, terwijl het aantal vrouwen tot net onder 13.000 zakt. De year-to-year differential verbetert: mannen van -0,7% naar +0,4%, vrouwen van 2,2% naar 3%, totaal van 0,7% naar 1,7%. Het jobaanbod steeg licht met +1,4% tot 2.525 vacatures, minder dan het historisch augustusgemiddelde (+9,2%), maar blijft 10,8% boven de norm. Tegen december volgt een terugval tot ca. 2.000, waarna in januari een piek boven 2.800 verwacht wordt. Voor september–februari resulteert dit in een stabiel niveau rond 2.500. De year-to-year differential blijft negatief (-3%), maar iets minder dan vorige maand (-3,7%). Het aantal openstaande vacatures bereikte eind augustus een record van 11.714 (+0,9% m/m), nog steeds 7% boven het langetermijngemiddelde. Verwacht wordt dat dit de piek vormt: tot december volgt een daling richting 10.100, waarna een neerwaartse trend domineert, in contrast met de stagnatie van vorig jaar. De year-to-year differential blijft positief (6,7%), maar daalt tegenover juli (7,8%).
Toerisme: piek in augustus, dalende trend begin 2026
In mei 2025 werden 160.104 aankomsten en 443.263 overnachtingen geregistreerd. Beide indicatoren daalden maand-op-maand (-4,1% resp. -8,6%), grotendeels in lijn met het historische mei-gemiddelde (-4,6% resp. -5,4%). Toch liggen de volumes fors boven het langetermijngemiddelde: +27,1% voor aankomsten en +22% voor overnachtingen. Tot januari 2026 zet een neerwaartse trend in, vergelijkbaar met vorig jaar, met pas in februari een herstel. De year-to-year differentials verruimen fors: aankomsten van 3,7% naar 8,7%, overnachtingen van 2% naar 8,2%. In augustus stijgen ook de bezettingsgraden: hotels +3 p.p. tot 66% (6 p.p. boven het maandgemiddelde), B&B’s +3 p.p. tot 47% (2 p.p. onder de norm). Beide bereiken hiermee hun topwaarde, vrijwel identiek aan augustus 2024 (66% en 49%). Vanaf september volgt de klassieke seizoensdaling tot januari 2026, met minima van 40% (hotels) en 17% (B&B’s), vergelijkbaar met vorig jaar (38% resp. 18%). De year-to-year differential blijft positief maar verkleint: hotels van +3,8 p.p. naar +1, B&B’s van +1 naar +0,5.
Einde persbericht